Wmo
Bij de gemeente Tilburg hoeven cliënten geen eigen bijdrage te betalen voor een rolstoelvoorziening. Dit is vastgelegd in de Wmo (Wet maatschappelijke ondersteuning). Wanneer de cliënt langer dan zes maanden een rolstoel nodig heeft valt het onder de Wmo. Echter worden niet alle rolstoelen voorledig vergoed door de gemeente. Het kan zo zijn dat de gemeente een maximumbedrag vergoedt, waarmee de cliënt met dat geld zelf een rolstoel kan aanschaffen.
De gemeente moet zich richten op verschillende taken voor de Wet Maatschappelijke Ondersteuning:
-
Jeugdigen met problemen ondersteunen met problemen die voorkomen kunnen worden
-
Verslavingsbeleid bevorderen
-
Maatschappelijke opvang aanbieden
-
Openbare geestelijke gezondheidszorg bevorderen
-
Informatie, cliëntondersteuning en advies geven
-
Vrijwilligers en mantelzorg ondersteunen
-
Sociale samenhang en leefbaarheid bevorderen
-
Het bevorderen van mensen met een psychisch probleem of beperkingen om deel te nemen aan de samenleving
Verder vraagt de gemeente een eigen bijdrage van de burger. Dit is afhankelijk van het vermogen en het inkomen van de burger. Via CAK kan je de eigen bijdrage berekenen. Dit kan via hun website: https://www.hetcak.nl/zelf-regelen/eigen-bijdrage-rekenhulp
Aanvragen (Wmo)
Voor het aanvragen van een rolstoel moet de cliënt eerst contact nemen met Loket Z of een medewerker onderzoekt de noodzaak. Hier wordt een formulier ingevuld. Er zijn een paar voorwaarden waaraan de cliënt moet voldoen:
-
De cliënt kan (bijna) niet meer lopen.
-
De rolstoel is nodig voor dagelijks gebruik om in –en uit huis te verplaatsen.
-
De cliënt heeft de rolstoel langer nodig dan zes maanden.
Vervolgens krijgt de cliënt een gesprek op het gemeentehuis of thuis. Hier wordt de thuissituatie geobserveerd en onderzocht wat er nodig is om deze problemen op te lossen. 10 dagen na het gesprek krijgt de cliënt een gesprekverslag met daarin de uitgangspunten voor de verdere stappen. Deze kan worden ondertekend en worden doorgestuurd. De gemeente beslist dan binnen twee weken of de cliënt in aanmerking voor bepaalde voorzieningen. Wanneer de cliënt in aanmerking komt voor hulp uit de Wmo, zijn er twee mogelijkheden om ondersteuning te regelen:
​
-
Persoonsgebonden budget (pgb).
De cliënt kan zelf ondersteuning inkopen bij wie hij of zij wilt. Met de pgb kan je ook andere rolstoelen kopen dan de standaardmodellen die de gemeente levert. De gemeente kan de cliënt vertellen hoe ze een pgb aan kunnen vragen.​
-
Zorg in natura.
Daarnaast kan de cliënt ervoor kiezen om het aan de gemeente over te laten. De gemeente bepaald dan wat voor soort rolstoel ze krijgen en wie ze helpt in de huishouding.
Wanneer de cliënt vragen heeft over reparaties, vervanging en verzekeringen voor de leverancier, moet hij of zij contact nemen bij Loket Z.
Valt niet onder de Wmo
Als de cliënt af en toe een rolstoel nodig heeft moet de cliënt zelf een rolstoel kopen, huren of lenen. Wanneer de rolstoel eigendom is van de cliënt, betaalt hij of zij de reparatiekosten van de persoonsgebonden budget. Soms is het mogelijk om gedeelte hiervan te vergoeden. Aanvraag hiervoor bij Loket Z.
​
ZVW
Zvw staat voor Zorgverzekeringswet. In 2006 is de Ziekenfondswet vervangen door de Zorgverzekeringswet. Via de belastingdienst betaald de cliënt een premie die afhangt van de salaris. Iedereen ouder dan 18 jaar is verplicht een wettelijk vastgestelde basisverzekering afsluiten. Kinderen tot 18 jaar zijn gratis meeverzekerd. Verzekeraars moeten alle klanten accepteren die een basispakket willen afsluiten. Natuurlijk kun je daarnaast ook voor een aanvullende verzekering kiezen. De pakketten van de aanvullende verzekeringen mogen de verzekeraars zelf kiezen aan wie ze dit geven.
Eigenrisico
Verzekerden van 18 jaar en ouder in de basisverzekering, zijn verplicht om een eigen risico te hebben van 385 euro. Maar als u naar de huisarts gaat betaalt de cliënt niks. Dit valt buiten het eigenrisico.
Zorgtoeslag
De zorgtoeslag is een tegemoetkoming in de kosten van de nominale premie. De hoogte van deze toeslag hangt af van het inkomen van de cliënt en partner.
AWBZ
De wet Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten is per 1 januari 2015 gewijzigd. De taken die onder de AWBZ vielen zijn onderverdeeld bij de WLZ, WMO en de ZVW.
Alle zorgtaken voor zware en langdurige behoefte van de AWBZ zijn over gegaan naar de WLZ. De extramurale zorg, ook wel persoonlijke verpleging en thuiszorg, is overgenomen in het basispakket van de ZVW. Verder valt de extramurale zorg in bepaalde gevallen ook onder de verantwoordelijkheid van gemeenten. Mensen met een zintuigelijke handicap vallen ook onder de ZVW. De vergoedingen vanuit de ZVW voor een zintuiglijke handicap wordt vergoed door de zorgverzekeraar. Er zou hiervoor wel eigen risico voor moeten betalen.
Verder hebben zorgverzekeraars ook andere taken op zich genomen van de AWBZ. Zo ook de taak voor langdurige Geestelijke Gezondheidszorg, ook wel GGZ. Het gaat hier om de zorg die in de eerste drie jaar in een zorginstelling wordt ontvangen. Hier moet wel eigen risico betaald worden. Na de drie jaar wordt de zorg geregeld via de zorgkantoren en de WLZ. In plaats van eigen risico wordt er dan een inkomensafhankelijke bijdrage gevraagd.
De gemeente is verantwoordelijk voor ondersteuning en hulp in het dagelijks leven en het huishouden, denk aan ADL (Algemene Dagelijkse Levensverrichtingen). Verder kan men voor aanpassingen aan de woning of speciale woonvoorzieningen bij de gemeente terecht. Vergoeding vindt plaats via de WMO. Hulpbehoevenden, zoals ouderen en gehandicapten, kunnen hiervoor terecht bij het Wmo-loket van hun gemeente voor een aanvraag en verdere vragen over de zorg.
Er is een nieuwe Jeugdwet, waarvoor gemeenten verantwoordelijk worden. Het gaat om zorg alle vormen van jeugdhulp, jeugd-ggz, gesloten jeugdzorg, kinderbescherming , jeugdreclassering, en jeugd-vb. Zorg die in 2014 nog onder de AWBZ valt, valt nu onder de nieuwe Jeugdwet, zoals:
-
Behandeling met of zonder verblijf voor jongeren met een (licht) verstandelijke beperking of een psychische stoornis.
-
Begeleiding, persoonlijke verzorging, persoonlijke verpleging en bijbehorend kortdurend verblijf voor jongeren met een aandoening, beperking of stoornis.
-
Transport van en naar locatie voor de bovenstaande zorgbehoevenden.